“Mijn litteken is voor mij een soort trots”

Suze (18): “Toen ik op hele jonge leeftijd mezelf bekeek in de spiegel, viel me op dat één rib heel erg uitstak en dat ik op mijn rug een flinke bochel had. Daar schrok ik zo erg van dat ik meteen naar mijn ouders toegerend ben, maar zij wisten ook niet wat het was of waar het door kwam. Eigenlijk heb ik zelf de diagnose gesteld, want ik ging op internet naar plaatjes zoeken met ‘bochel in rug’ en toen kreeg ik precies hetzelfde te zien als wat ik had. Mijn huisarts heeft toen bevestigd dat ik scoliose had. Mijn bocht zat bovenin mijn rug en het was een C-bocht. In het begin schaamde ik me voor mijn rug want, als ik een bikini of strak hemdje aan had, zag je het heel erg. Ik voelde me een soort robot waarbij van alles uitstak en was bang dat ik daarmee ergens tegenaan liep”.

“Ik droeg op een gegeven moment alleen nog maar losse shirts, want ik voelde me in strakke shirts absoluut niet op mijn gemak. Op 18 januari 2017 ben ik geopereerd aan mijn scoliose, de bocht was toen 49,4 graden. Ze hebben met titanium platen en schroeven mijn rug recht gezet. Ik ben heel blij dat ik die operatie heb gehad. In tegenstelling tot voor de operatie ben ik nu trots op mijn rug en litteken. Wanneer ik over het strand loop of in het zwembad ben, zijn er altijd wel mensen die omkijken, maar dat vind ik niet erg. Ik schaam me niet voor mijn litteken en als mensen vragen hoe ik eraan kom, leg ik het uit. Ik probeer mijn litteken nooit bewust te bedekken, ieder- een mag het zien. Ik voel me er ook niet minder mooi door, want het is iets waardoor ik mezelf beter ben gaan voelen. Die operatie heeft veel veranderd in mijn leven. Mijn litteken is voor mij een soort trots, een mooie herinnering.”

#Trotsopjerug

Mijn operatie is inmiddels tweeëntwintig jaar geleden. In al die jaren heb ik me nooit geschaamd voor mijn litteken. Waarom niet? Omdat ik er niets aan kan doen. Omdat ik hem zelf niet zie. Omdat het nodig was (mijn longen kwamen in de verdrukking). Maar ook omdat ik positief in het leven sta: er zijn altijd ergere zaken.

Mijn litteken hoort bij mij en heeft me gemaakt tot wie ik nu ben. Natuurlijk baalde ik de eerste jaren wel dat mijn litteken erg breed en rood was. ‘Je lichaam maakt veel littekenweefsel aan’, wist de specialist te vertellen. Waarop hij meteen aangaf dat ik wel eens langs de plastisch chirurg kon gaan. Ik besloot de stap te wagen – niet geschoten is altijd mis – en een tijdje later werd een deel van mijn litteken onder handen genomen. In het begin zag je niet veel verandering, het litteken werd zelfs dikker. Ik heb toen besloten het andere deel van mijn litteken niet te laten behandelen.

Nu jaren later is het een mooi wit dun lijntje. Je ziet er bijna niets meer van. Wat nog wel zichtbaar is, is mijn rechterschouderblad dat uitsteekt. Maar ik maak me er niet druk om. Dit is wie ik ben en daar moet je het mee doen. Ik ben blij dat het mij gelukt is om na de operatie een normaal en goed leven op te bouwen. Heb een leuke (bijna) fulltime baan, een heerlijk huis om in te wonen en het belangrijkste: ik heb weinig last van mijn rug. Dus na tweeëntwintig jaar kijk ik nog steeds met een positief gevoel terug op mijn operatie. Maar stiekem moet ik wel eens lachen als iemand mij vertelt ook een litteken te hebben. En dan zie je een ‘krasje’ op de hand of een been.

Ik ben trots op mijn rug en litteken. Jij ook?

Door Karlijn van Mil & Anneke Poelma