Scoliose heeft wel degelijk invloed op de toekomst

Diederik Kempen, orthopedisch chirurg

Dr. Kempen is zeer nieuwsgierig naar wat de effecten van scoliosebehandeling in de jeugd zijn op latere leeftijd. Met een team van onderzoekers spitte hij oude dossiers uit de 60-er, 70-er en 80-er jaren door en deed onderzoek naar een groep oud-patiënten uit het OLVG.

Hoe doen behandelde volwassenen het op latere leeftijd?

Er zijn weinig studies die de langetermijnbehandeleffecten van scoliose hebben onderzocht. De Zweedse, Amerikaanse en Canadese studies die er zijn, toonden aan dat de kwaliteit van leven van mensen met scoliose gelijk is aan mensen zonder scoliose. Scoliosepatiënten hebben wel een verhoogde kans op rugklachten, een verhoogd risico op kortademigheid bij een bocht > 80° en respiratoire problemen bij een bocht > 110°. De conclusie is dat mensen met scoliose het goed doen waardoor sommigen scoliose als een cosmetisch probleem zijn gaan zien. Kempen geeft aan dat zijn beeld wat vertekend kan zijn. In het ziekenhuis ziet hij naast de kinderen ook veel volwassenen met scoliose die tegen problemen aan lopen en echt wel rugklachten hebben.

Daarom stelde Kempen stelde zich enkele vragen:

  1. Waarom behandelen (‘pesten’) we kinderen met een
    brace en waarom opereren we?
  2. Klopt het beeld over de langetermijnuitkomsten uit
    die studie?

Dossieronderzoek

Normaal worden ziekenhuisdossiers ouder dan 15 jaar vernietigd. In het OLVG besefte de orthopeden 2 generaties voor hem al dat ze de kinderen behandelden voor de lange termijn. Daarom schreven oud-collega’s ‘mag niet vernietigd worden’ op de oude statussen. Een team van jonge onderzoekers rubriceerde de dossiers, zette gegevens in een database, traceerde de mensen en vroeg hen mee te doen aan een onderzoek. Hij selecteerde een groep mensen die tussen 20 en 30 jaar geleden behandeld zijn. 68% van de benaderde mensen nam deel aan het onderzoek en vulde een lange vragenlijst in.

Rond de 450 mensen namen deel met een gemiddelde leeftijd van 44 jaar. Wat betreft kwaliteit van leven (uitgedrukt in fysiek functioneren, mentale gezondheid, pijn en vitaliteit) scoorde de succesvol met een brace behandelde groep hetzelfde als de gemiddelde Nederlander. De mensen met ernstigere bochten (die wel of niet geopereerd waren) scoorden net iets lager dan de gemiddelde Nederlander. Wel gaven veel mensen aan (af en toe) rugklachten te hebben en dit was niet gerelateerd aan de ernst van de bocht. Het pijncijfer wat ze zichzelf gaven was een 5 en de beperkingen die ze aangaven ten gevolge van de rugklachten waren mild. Deze combinatie van het ‘pijncijfer’ en de relatief milde beperkingen was opvallend. Kempens overweging is dat mensen met scoliose gewend zijn aan de scoliose en zich niet zo snel laten kisten. Ze hebben ermee leren leven en gaan gewoon door. De belangrijkste kanttekening in een gesprek met een deel van de respondenten is dat de vragenlijst een indruk gaf, maar niet altijd de exacte weergave is van wat patiënten ervaren.

Samengevat geven scoliosepatiënten zichzelf een voldoende als het gaat om kwaliteit van leven. Scoliose heeft invloed op het fysiek functioneren, pijn en vitaliteit. Rugklachten komen vaker voor. Ernstigere bochten hebben wel een iets grotere impact op het leven dan mildere bochten en daarom is een brace behandeling zinvol om toename van de bocht te voorkomen. Maar klachten en problemen zijn niet altijd gerelateerd aan de ernst van de bocht.

De eindconclusie van Kempen is: scoliose heeft wel degelijk invloed op de toekomst.

 

Door Anja Akkermans