Wat is Scoliose?

Scoliose is een 3D zijdelingse verdraaiing en verkromming van de wervelkolom. Er ontstaat een bocht in de wervelkolom en deze draait om zijn eigen as. De wervelkolom kan naar één kant krom groeien (verkromming), waardoor er één bocht ontstaat, maar meestal ontstaan er twee bochten. De verdraaiing van de wervelkolom veroorzaakt op borsthoogte aan de rugzijde een bolling van de ribben. Die bolling wordt gibbus genoemd.

De term scoliose komt uit het Grieks en betekent verkromming. Kort gezegd is het een kromme rug.

In de meeste gevallen gaat het om een structurele scoliose, een ‘echte’ scoliose; die altijd gepaard gaat met een verdraaiing van de wervelkolom en de daaruit voortvloeiende gibbus ( bochel ).

In sommige gevallen wordt de scoliose veroorzaakt door een houdingsafwijking; deze is meestal goed te corrigeren.

Structurele scoliose is een chronische aandoening en zal levenslang aanwezig blijven.

Gevolgen van een scoliose

Door scoliose kun je de wervelkolom moeilijker bewegen en soms beperkt dat ook de werking van de longen. Vooral op latere leeftijd kan scoliose leiden tot pijn en vermoeidheid.

Daarnaast vinden patiënten het lastig dat hun rug er anders uit ziet dan die van anderen.

Scoliose kan door de lichamelijke beperkingen en cosmetische effecten een grote impact hebben op het dagelijks leven en de sociaal-maatschappelijke ontwikkeling van een patiënt en zijn/haar omgeving.

Structurele scoliose is in te delen in vier soorten:

– Idiopathisch (oorzaak onbekend),
– Congenitaal (aangeboren)
– Neuromusculair (door spier/zenuwaandoening) en
– Degeneratief (door veroudering).

Idiopathische scoliose
Idiopathisch betekent zonder bekende oorzaak. In de meeste gevallen (ongeveer 80%) vindt men geen oorzaak voor de scoliose, wat niet wil zeggen dat er geen oorzaak is.
De oorzaak is door de wetenschap nog niet ontdekt.

Er zijn wel aanwijzingen dat er sprake is van meerdere oorzakelijke factoren, waaronder een erfelijke factor, mogelijk in de vorm van verzwakking van het bindweefsel en een neurologische factor in de vorm van een stoornis in het centrale zenuwstelsel.
Bij de idiopathische scoliose lijken de spieren en wervels aanvankelijk normaal aangelegd, maar ontwikkelt er zich tijdens de groei een vervorming/kromming.

Congenitale scoliose
Congenitaal betekent aangeboren. De congenitale scoliose ontstaat door één of meerdere aangeboren wervelafwijkingen, zoals halve wervels, of wervels die aan één kant aan elkaar vastgegroeid zijn. Veel congenitale afwijkingen zitten op meer dan één plaats in de wervelkolom.

Deze afwijkingen ontstaan tijdens de eerste weken van de zwangerschap, en dat betekent (in tegenstelling tot de idiopathische scoliose) dat ze bij de geboorte al aanwezig zijn.
Een oorzaak is bijna nooit bekend.
Sommige congenitale scolioses blijven vrijwel onopgemerkt, andere leiden tot ernstige lichamelijke gebreken en cosmetische afwijkingen. Circa 20% van de mensen met congenitale scoliose heeft ook een congenitale afwijking aan hart of urinewegen/nieren.

Neuromusculaire scoliose
Neuro betekent zenuw, musculus betekent spier. Neuromusculaire scoliose ontstaat door het krachteloos of verlamd zijn van spieren of spiergroepen.
In de Engelstalige literatuur wordt ermee bedoeld alle zenuw- en spierziekten (bv spasticiteit, spina bifida, spierziekten).
In Nederland wordt in het algemeen meer specifiek de spierzwakte groep bedoeld, dat wil zeggen spierziekten als de ziekte van Duchenne en de Spinale Musculaire Atrofie.

Degeneratieve scoliose
Er zijn twee typen degeneratieve scoliose
1. Degeneratie (slijtage) van een scoliose die al lang bestaat, bijvoorbeeld een idiopathische scoliose.
2. Een nieuw ontwikkelde scoliose op volwassen leeftijd (meestal > 45 jaar) bij mensen die als kind en jong volwassene een normale wervelkolom hadden. Een degeneratieve scoliose ontstaat in de volwassenheid door veroudering en slijtage (artrose) waarbij bijvoorbeeld een wervelverschuiving optreedt, er een inzakking van een tussenwervelschijf ontstaat en soms bij osteoporose. Deze scoliose betreft doorgaans de lendenwervels en leidt vaak tot pijn en bewegingsbeperking. Meestal gaat dit gepaard met vernauwing van het wervelkanaal met zenuwbeknelling en pijn.
Een degeneratieve scoliose kan snel in ernst toenemen.

Houdingsscoliose
Naast ‘echte’ (structurele) scoliose, bestaat (niet-structurele) houdingsscoliose. Deze verkromming ontstaat door een verkeerde houding. Vaak komt het doordat je benen niet even lang zijn. Je rug probeert het lengteverschil te compenseren en groeit daarom scheef. Om dit te verhelpen, krijgen patiënten speciale houdingstherapie en -oefeningen.

Oorzaken en wie heeft scoliose?

Oorzaken

Scoliose is soms al bij de geboorte aanwezig, maar openbaart zich meestal tijdens de groei van baby naar volwassene. In 10-15% procent van de gevallen is de ziekte aangeboren. Vaak wordt de kromming pas zichtbaar als kinderen rond de tien jaar zijn. Soms wordt de scoliose veroorzaakt door afwijkingen van het bot, de zenuwen, de spieren of het bindweefsel.

In naar schatting 80% van de gevallen is de oorzaak van een scoliose echter onbekend. Een scoliose kan ook pas op latere leeftijd ontstaan. Vaak is dit een gevolg van het verouderingsproces.

*  De genoemde percentages zijn schattingen uit het verleden.

Hoewel voor scoliose vaak geen oorzaak of achterliggende aandoening kan worden vastgesteld, is er een aantal aandoeningen en ziektes die wel scoliose tot gevolg kunnen hebben. Voor verdere informatie wordt verwezen naar het boek ‘Scoliose, de meest gestelde vragen’, verkrijgbaar via ledenadministratie.

Hoeveel mensen krijgen scoliose?

Het antwoord op deze vraag is niet voorhanden; deze gegevens zijn niet beschikbaar.

Wel wordt gewerkt met algemeen geaccepteerde schattingen. Sedert decennia hanteren de medici een prevalentie van 2-4%.
Dit betekent voor Nederland dat er ieder jaar bij 4.000 – 4.500 personen ( hoofdzakelijk kinderen ) scoliose ontstaat ;
en bij meer dan 80% van de kinderen ontstaat idiopathische scoliose bij meisjes tussen de 9 en 15 jaar.

Gemiddeld bij 1 op de 25 kinderen!

Bij jongens komt idiopathische scoliose veel minder voor; in minder dan 20% van alle gevallen.

In de meeste gevallen blijft de scoliose mild en zal de verkromming beperkt blijven. Ook de fysieke beperkingen en zichtbaarheid van de verkromming blijven dan minimaal.

Gemiddeld worden jaarlijks 8.500 patiënten in een ziekenhuis behandeld, waarvan ( gegevens 2019 ) er 800 – 900 patiënten geopereerd worden.

Bij een operatieve behandeling wordt een deel van de wervelkolom, middels een metalen staaf, vast gezet. Dit betekent dat de patiënt voor de rest van zijn leven, met een gedeeltelijk vastgezette wervelkolom moet leven. Deze operatieve ingreep heeft tot gevolg dat de patiënten de meeste activiteiten weer kunnen ondernemen.

Screening bij jonge kinderen wordt niet meer uitgevoerd!

Doordat in Nederland de screening op jonge leeftijd sedert langere tijd niet meer wordt uitgevoerd, wordt steeds vaker de scoliose pas op latere leeftijd ontdekt.

Dit betekent dat vroegtijdige (conservatieve) behandelingen, zoals scoliose specifieke oefentherapie en/of het dragen van een brace, steeds vaker niet meer maximaal kunnen worden toegepast.
Recent onderzoek ( gegevens 2019 ) bij de ziekenhuizen laat zien, dat de medici steeds vaker patiënten zien bij een eerste consult, waar de scoliose reeds vergevorderd is en er steeds vaker geen andere behandeling meer mogelijk is, dan een operatie waarbij een deel van de wervelkolom wordt vastgezet.

Hoeveel mensen in Nederland hebben scoliose?

Op deze vraag is slechts een grove schatting mogelijk, aangezien er in Nederland veel mensen zijn met een lichte scoliose, welke niet bekend zijn bij de medici.

Uitgaande van de geboortecijfers in Nederland en de prevalentie van 2 – 4%, zal het aantal mensen met een scoliose in Nederland tussen de 300.000 en 400.000 bedragen.

Onduidelijk is hoeveel mensen met een – niet behandelde – scoliose, op latere leeftijd eerder of ernstigere rugklachten krijgen.

Doe de buktest

Video afspelen

In Nederland wordt de screening op scoliose, bij kinderen op jonge leeftijd niet meer landelijk uitgevoerd.  Het gevolg is dat een scoliose steeds vaker, pas op latere leeftijd wordt ontdekt.

Dit betekent dat vroegtijdige (conservatieve) behandelingen, zoals scoliose specifieke oefentherapie en/of het dragen van een brace, steeds vaker niet meer maximaal kunnen worden toegepast.

Met de buktest kunt u eenvoudig, zelf bij uw kind zien of uw kind mogelijk een scoliose heeft.

Bij een positieve uitslag, maar ook bij twijfel, adviseren wij u bij uw huisarts een afspraak te maken en u te laten door verwijzen naar een orthopeed, werkzaam bij een van de genoemde ziekenhuizen.

Advies over het stellen van de diagnose Scoliose​

Wat is het advies van de vereniging over het stellen van de diagnose Scoliose, scoliose specifieke oefentherapieën en de behandeling met een brace ?

Voor het stellen van de diagnose Scoliose en een op het individu toegesneden behandelplan, zoals bijvoorbeeld het voorschrijven van een brace of scoliose specifieke oefentherapieën, adviseren wij altijd een orthopeed / scoliose arts te consulteren in één van de, in scoliose gespecialiseerde, ziekenhuizen.
Deze ziekenhuizen staan hier vermeld.

Soorten behandelingen

Hoe eerder een scoliose wordt ontdekt en behandeld, hoe beter het resultaat kan zijn. De behandeling is er in de eerste plaats op gericht om de verkromming van de wervelkolom tot stilstand te brengen.

De behandeling is in te delen in observatie, conservatieve therapie (oefentherapie en bracebehandeling) en een operatie.

Klik hier om te zien welke ziekenhuizen scoliose behandelen en aan welke kwaliteitseisen zij voldoen.

Observatie

Afhankelijk van de diagnose en het stadium van de scoliose kan ervoor worden gekozen om een periode van observatie af te spreken met regelmatige controles bij de orthopeed.

Oefentherapie

Oefentherapie bestaat uit het doen van speciale oefeningen, zoals corrigerende (houdings-) oefeningen en spierversterkende oefeningen. Dit is ook gericht op de verbetering van de ademhaling en de conditie.

Operatie

In Nederland worden per jaar 800 – 1.000 mensen aan een scoliose geopereerd. Deze operaties vinden plaats in daartoe gespecialiseerde ziekenhuizen (OCBZ). Doel van een operatie is de wervelkolom zo goed mogelijk te corrigeren en te stabiliseren, met behulp van het plaatsen van schroeven en staven.

Wanneer welke behandeling?

Scoliose gaat nooit vanzelf over. Als kinderen nog in de groei zijn, kan het zelfs verergeren. Scoliose moet daarom in een zo vroeg mogelijk stadium worden ontdekt om een effectieve behandeling te kunnen uitvoeren. De diagnose moet worden vastgesteld door een in scoliose gespecialiseerde orthopeed in een operatief/conservatief behandelend ziekenhuis (OCBZ) of een conservatief behandelend ziekenhuis (CBZ).

De behandeling is er in de eerste plaats op gericht om de verkromming van de wervelkolom tot stilstand te brengen. De te maken keuzes voor de behandeling van idiopathische scoliose zijn vastgelegd in het Stroomschema idiopathische scoliose. Het proces van de conservatieve therapie is weergegeven in de Beslisboom conservatieve scoliosetherapie.

Volwassenen die in hun jeugd niet of onvoldoende behandeld zijn, kunnen op latere leeftijd klachten krijgen, zoals vermoeidheid, pijn of ademhalingsproblemen. Om die klachten te verminderen krijgen ze oefentherapie en ademhalingsoefeningen. Soms is alsnog een operatie nodig. Bij volwassen en vooral oudere scoliosepatiënten is er een terughoudend beleid ten aanzien van operaties door het grotere risico dat een operatie op latere leeftijd met zich meebrengt.

Wanneer stopt een behandeling?

Dit is onder andere afhankelijk van het soort scoliose, de leeftijd van de patiënt en het soort behandeling. De behandelend orthopeed kan hierover gerichte informatie en advies geven.

Bij jongeren met een idiopatische scoliose, die zijn uitgegroeid, zal de bracebehandeling op advies van de orthopeed worden afgebouwd en gestopt.

Na een operatie ben je in principe uitbehandeld als de operatie geslaagd is en de revalidatieperiode achter de rug is

Scoliosespecifieke oefentherapie

Een van de belangrijke pijlers in de behandeling van alle vormen van scoliose is de scoliosespecifieke oefentherapie.   Wereldwijd zijn er door de organisatie SOSORT een aantal “scholen” erkend voor scoliose specifieke oefentherapie.

“Scoliosespecifiek” betekent dat de oefeningen zo nauwkeurig mogelijk zijn, gericht tegen de richting van de driedimensionale veranderingen van de wervelkolom in.

Er zijn mobiliserende oefeningen, om zo veel mogelijk soepelheid te creëren tegen het scoliosepatroon in, die tegelijkertijd spierversterkend zijn. Ook wordt er gewerkt met specifieke ademhalingsoefeningen die dit ondersteunen en als doel hebben ruimte te maken aan de kant waar de ribben door het scoliosepatroon dichter op elkaar staan.

Daarnaast wordt geoefend om in een optimaal gebalanceerde houding dagelijkse bewegingen en handelingen te kunnen doen en volhouden. Hierbij wordt gekeken naar wat iemand in het dagelijks leven doet aan activiteiten en sporten.

Er is een brede overeenstemming tussen (para)medici over het feit dat wanneer een brace op de juiste wijze gedragen wordt (1,2) , de oefeningen tijdens de therapie en het effect van het dragen van de brace elkaar versterken.

Ook kan het inzicht in het eigen lichaam en meer kennis over de scoliose kinderen en jongeren helpen het doel en de werking van de brace beter te begrijpen, waardoor het accepteren van de brace vaak gemakkelijker is. Het maakt in de begeleiding natuurlijk verschil of het gaat om een kind in de groei, al dan niet met brace, of om iemand die al uitgegroeid is.

Ook wanneer operatie noodzakelijk is, is oefenen in de fase ervoor en ook naderhand belangrijk en ondersteunend.

Een toenemende groep scoliosepatiënten heeft niet altijd scoliose gehad, maar ontwikkelde deze op latere leeftijd door degeneratie of bijvoorbeeld wervelingzakkingen. De oefentherapie hierbij is iets anders gericht, maar ook belangrijk om verdere achteruitgang zo veel mogelijk te voorkomen en het lichaam zo sterk mogelijk te houden.

In Nederland is de Schroth-methode de meest bekende van de scoliose specifieke therapieën die door SOSORT worden aanbevolen. De opleidingen hiervoor kunnen gevolgd worden door oefentherapeuten Cesar/ Mensendieck en fysiotherapeuten. Alle therapeuten met een erkende opleiding staan op de praktijkzoeker www.schroth-therapeut.nl. Helaas is de spreiding over Nederland nog niet overal even goed, maar gelukkig komen er steeds meer praktijken bij.

Het is te allen tijde belangrijk dat u zoekt naar een therapeut met kennis en ervaring met de scoliosespecifieke behandeling van scoliose. Dus vraag altijd na of de therapeut die specifieke kennis heeft. Samenwerking met een Schroth-therapeut die soms op iets meer afstand zit, is vaak mogelijk om toch de beste begeleiding te realiseren.

Ook is de samenwerking met de verwijzend orthopedisch specialist en de bracemaker van belang; dit komt de kwaliteit van de begeleiding sterk ten goede.

Let erop dat de orthopeed werkzaam is in een Conservatief Behandelend Ziekenhuis (CBZ) of in een Operatief en Conservatief Behandelend ziekenhuis ( OCBZ). 

Braces

In een aantal gevallen kan een brace worden voorgeschreven voor de behandeling van scoliose. Dit gebeurt vooral bij jongeren die in de groei zijn, met een idiopatische scoliose. Het doel hiervan is om verergering van de scoliose te stoppen.

Een brace is een korset van stevig kunststof dat je om je bovenlichaam draagt. Door drukpunten in de brace wordt de groei van de scoliose beïinvloed. Jongeren moeten de brace bijna de hele dag (circa 23 uur) dragen.

Bij neuromusculaire en congentiale scoliose is een brace soms noodzakelijk. Volwassenen krijgen soms een speciaal korset voorgeschreven om de rug te ondersteunen of als hulpmiddel om pijn te bestrijden.

Er zijn diverse soorten braces. De orthopeed schrijft voor welk type het meest geschikt is in de specifieke situatie van de patiënt.

Operaties

Type Operatie

Het type operatie is afhankelijk van de soort en vorm scoliose, je leeftijd, de ernst van de bocht en eventuele andere ziekten.

De orthopedisch chirurg bepaalt afhankelijk van de bocht of hij de wervelkolom via de rug of via de voorzijde/zijkant opereert. Als de patiënt in een rolstoel zit, dan zal de chirurg bijna altijd via de rugzijde opereren.

In deze video geeft orthopedisch chirurg professor B. van Royen een antwoord op de volgende vragen :

  1. “Kunt u de lange duur van de operatie toelichten ?”
  2. “Kan ik na de operatie echt weer alles doen ?”

Waarschuwing

De Vereniging van scoliosepatiënten ziet op het internet nog steeds voorbeelden van een agressieve benadering van scoliosepatiënten, met aanbiedingen van scoliose behandelingen zoals gratis intakes en gesprekken, holistische benaderingen, oosterse wijsheden, gratis scans, orthomanuele technieken en alternatieve geneeswijzen en oefeningen.

Deze zijn veelal een opmaat tot dure behandelingen die meestal niet verzekerd zijn (en dus voor eigen rekening zijn).

Voor de diagnose scoliose en een op het individu toegesneden behandelplan adviseren wij altijd een orthopeed te consulteren in één van de, in scoliose gespecialiseerde, ziekenhuizen.

Deze ziekenhuizen staan hier vermeld.

Dat is verzekerde zorg en kost de patiënt dus niets.

Een gewaarschuwd mens telt voor twee.

Word nu lid!

Ervaringsverhalen

Hoe is het om scoliose te hebben? Andere patiënten vertellen hoe zij omgaan met hun ziekte. Wil je ook meeschrijven? Dat kan! Mail de redactie.

 

Scoliose en ouderen

Een scoliose is een verkromming van de wervelkolom die ook op oudere leeftijd voor toenemende klachten kan zorgen.

Er wordt onderscheid gemaakt in :

  1.  een scoliose die op jongere leeftijd is ontstaan en op oudere leeftijd klachten kan geven, een zogenaamde idiopathische scoliose begonnen op jonge leeftijd, en
  2. een nieuw ontstane vaak lumbale scoliose, een zogenaamde ‘De Novo’ scoliose.


Idiopathische scoliose bij volwassenen

De idiopathische scoliose bij volwassenen is het resultaat van een afwijkende ontwikkeling die zich vóór de volwassenheid heeft voorgedaan. Met het einde van de groei komt ook een einde aan het primaire proces dat de scoliose veroorzaakt. Toch blijkt de ontstane verkromming gedurende het volwassen leven nog verder toe te kunnen nemen. Bij bochten die aan het einde van de groei onder de 40 tot 50° (gemeten volgens Cobb) zijn, komt progressie van de bocht minder vaak voor. Bij grotere bochten is de kans op progressie daarentegen wel aanwezig. Men gaat dan uit van een gemiddelde toename van de scoliose van 1 tot 2° per jaar. Deze 1 a 2° graden per jaar toename valt niet op tijdens de controles en valt binnen de radiologische meetfout, maar bij langdurig controleren van deze patiënten over enkele jaren wordt dit vaak wel zichtbaar. Vaak is de toename van de scoliose gekoppeld aan het ontstaan van degeneratieve afwijkingen, met name van de tussenwervelschijf, waardoor de wervels ook iets ten opzichte van elkaar kunnen draaien (rotatoire slip, ook wel ‘drehgleiten’ genoemd). Dit geeft vaak rugklachten, en klachten passend bij een spinale stenose (beenpijn).

Volwassen patiënten met een idiopathische scoliose kunnen, zeker bij minder ernstige bochten, heel goed functioneren in de maatschappij. Uit Scandinavische studies blijkt dat er geen verhoogd ziekteverzuim is en geen problemen bij zwangerschap of bevalling zijn. Wel blijkt een deel van deze patiënten toch regelmatig klachten te hebben die het dagelijks functioneren kunnen beïnvloeden, met name rugpijn en vermoeidheid. Als de kromming toeneemt, en er degeneratieve afwijkingen lumbaal in de wervelkolom ontstaan, kunnen er klachten ontstaan passend bij een spinale stenose (onder andere beenpijn). Bij een ernstige en toenemende scoliose van boven de 70° is er een kans op een verminderde longcapaciteit.

Gelukkig komt dit bij de idiopathische scoliose zelden voor, en kan aan patiënten uitgelegd worden dat de prognose, zeker bij bochten onder de 50°, heel goed is. Leefregels zijn essentieel: goed in conditie blijven, veel oefeningen gericht op rompstabiliteit en uithoudingsvermogen, niet te zwaar worden. Niet roken: roken is duidelijk geassocieerd met discusdegeneratie en progressie van de lumbale degeneratieve afwijkingen. In uiterste instantie kunnen patiënten baat hebben bij een steunend korset.

Indien de curve progressief is, of invaliderende rug- en/of beenpijnklachten geeft, valt een operatieve correctie gepaard met vastzetten (spondylodese) van een groot deel van de wervelkolom te overwegen. Anders dan op kinderleeftijd gaat dit gepaard met een relatieve grote kans op complicaties.

De  ‘De Novo scoliose’  is een deformiteit van de wervelkolom bij volwassenen,

meestal boven de 50 jaar, die zich ontwikkelt in een voorheen normale wervelkolom ten gevolge van (degeneratieve) ouderdomsafwijkingen. Er wordt ook wel gesproken van een ‘degeneratieve scoliose’. De degeneratieve afwijkingen ontstaan primair in de lumbale tussenwervelschijf terwijl de botkwaliteit normaal is. Secundair kan osteoporose ontstaan, en zeker bij toename van de scoliose kan osteoporose een complicerende factor zijn.

De meeste patiënten hebben al jaren rugklachten die echter na het 50e jaar kunnen verergeren. Er ontstaat in het midden van de lumbale wervelkolom, meestal op L2-L3, een degeneratief proces waarbij de wervels ten opzichte van elkaar verdraaien en als gevolg hiervan een toenemende lumbale scoliotische deformiteit ontstaat. Dit leidt tot lage rugpijn met bijna altijd beenpijn, als gevolg van een vernauwing van het spinale kanaal. De klachten kunnen bijzonder invaliderend zijn, vooral bij lopen, zitten en staan.

Net als bij de behandeling van idiopathische scoliose bij volwassenen ontstaan op jeugdige leeftijd, bestaat de behandeling primair uit leefregels: beperkt belasten van de rug en onderdrukken van de klachten met een licht steunend korset en/of pijnstillers. Het is ook raadzaam om soms op osteoporose en vitamine-D-gehalte te testen, en bij afwijkende waarden hiervan eventueel te behandelen.

In uiterste instantie kan een spondylodese worden overwogen, waarbij dan meestal een lang traject spondylodese moet worden verricht, van thoracaal naar L5 of het bekken. In tegenstelling tot bij de idiopathische scoliose moet dus (vrijwel) de hele lumbale wervelkolom worden vastgezet. Een recente studie uit het Amsterdam UMC toonde aan dat de lange termijn (gemiddeld 11 jaar) patiënt gerapporteerde resultaten niet verschillen tussen geopereerde en niet geopereerde patiënten. Wel was er sprake van relatief veel complicaties en problemen op middellange termijn na operatieve behandeling.

* Spondylodese : het vastzetten van een deel van de wervelkolom

Scoliose en osteoporose

Bij patiënten met osteoporose gaat de kwaliteit van hun botstructuur achteruit door te snelle botontkalking. Osteoporose kan een rol spelen bij het ontstaan of verergeren van scoliose.

Osteoporose betekent letterlijk: poreus bot. De botten van mensen met osteoporose breken sneller. De meest voorkomende breuken zijn pols-, heup- en wervelbreuken. Osteoporose komt vaker voor bij vrouwen dan bij mannen. Voldoende lichaamsbeweging en gezonde voeding (met genoeg vitamine D en calcium) zijn belangrijk om de ziekte te voorkomen of bestrijden

Scoliose en sport

Sporten is gezond: het houdt je soepel en zorgt voor een goede conditie. Het is belangrijk om te sporten als je scoliose hebt. Als je niet geopereerd bent, mag je bijna alle sporten beoefenen. Overleg altijd vooraf met de orthopeed of je een bepaalde sport in jouw specifieke geval mag beoefenen.

Na de operatie

Als je net geopereerd bent mag je circa drie maanden niet sporten. Het is belangrijk om rust te houden, zodat je wervels goed vast kunnen groeien. Na circa drie tot zes maanden na de operatie kun je weer beginnen met sporten die je rug niet zwaar belasten, zoals fietsen of zwemmen.

Circa negen maanden na de operatie mag je alle sporten weer beoefenen. Je rug zal wel minder beweeglijk zijn, dus niet alles zal meer lukken. De beweeglijkheid van je rug is afhankelijk van het deel van de wervelkolom dat is vastgezet. Het deel bij de lende is belangrijk bij het buigen, de wervels bij de borst zijn van belang bij draaiende bewegingen.

Veelal geldt: wat kan, dat mag. Maar na een operatie waarbij een groot deel van de wervelkolom is vastgezet worden contactsporten en sporten met een hoge schokbelasting afgeraden. Denk aan judo en trampolinespringen. Overleg dus altijd vooraf met de orthopeed of een bepaalde sport na de operatie nog beoefend mag worden.

Scoliose en werk

Als je scoliose hebt, is het goed om staan, lopen en zitten af te wisselen op een werkdag. Het is verstandig om je rug zo min mogelijk te belasten. Zware dozen tillen of bukken kun je beter niet doen.

Als je bureauwerk doet, is het belangrijk dat je werkplek goed is afgesteld. Er moet een evenwichtige belasting van nek, schouder, polsen en handen zijn.

Overleg met je werkgever en vraag om een aangepaste stoel en bureau. Voel je niet bezwaard: volgens de Arbowet heb je recht op een gezonde werkplek. Daarbij kan je werkgever subsidie krijgen om je werkplek aan te passen. Lees meer.